25 april 2024 Gebruikers online: 151
Agenda
Active creations

Oud Kraggenburg (column Herman Slurink)

Geplaatst op: 16 mei 2020

Onverwachte ontmoetingen als mijlpalen op je levensweg. 
 
Bladerend in een reisdagboek van Ierland van september 1986 kwam ik weer de vraag tegen die ons tijdens een zware storm door een Ierse campinggast bij de haard werd gesteld: “What brings you to Ireland?” Deze vraag kwam tijdens die vakantie regelmatig terug. 

Mijn interesse voor de oude megalitische cultuur en mystiek was al vroeg gewekt door o.a. de boeken van Hubert Lampo en Hermann Hesse en tijdschriften als Prana en Bres.
In die tijd hadden we nog een tankstation bij de winkel en op een dag stopte een oude ‘Lelijke Eend’ met laadbak bij de pomp. Een oudere mevrouw stapte uit en vroeg mij de wagen vol te tanken. Uit de laadbak kwam een lege gasfles, ik wisselde die voor een volle en zette deze voor haar in de auto. Ze stelde zich voor als Maria Pluister en zei dat ze in het huis van de vuurtoren op Oud Kraggenburg woonde.

Op haar vraag waar we met vakantie waren geweest raakten we in gesprek over Bretagne, over de menhirs, de oude kerken met hun calvaires en de mystiek van het landschap. We deelden een gemeenschappelijke interesse in oude beschavingen, religie en symboliek. Ik vertelde dat ik eens een documentaire had gezien over het Book of Kells, een boek dat dateert uit de 9de eeuw. Deze bevat met de hand geschreven teksten van de vier Evangeliën in de Latijnse taal. De geschriften zijn versierd met kleurrijke dier- en menselijke figuren, ornament en vlechtbandmotieven en een scala aan symboliek waarvan de betekenis voor de hedendaagse mens grotendeels is verdwenen. En dit is nu wat mij interesseert en intrigeert. Je kunt er dus je eigen betekenis aan geven.

Het zijn de motieven die je ook vindt op de Keltische kruizen en ik vertelde dat onze volgende reisbestemming Ierland was. Ik wilde de kracht van die symbolen voelen op de plek waar ze uit de ziel van de mens waren voortgekomen.
Zij vertelde wat over haar mooie stek midden in de polder waar je de zee midden in de nacht soms hoorde bruisen en dat hun ‘eiland’ in donkere nachten één werd met het universum.

Een paar weken later stopte ze met haar oude brik voor de deur en “sleurde” me even later mee naar buiten. Ze trok de achterdeur open, schoof de hond opzij en haalde triomfantelijk “Het Book of Kells” tevoorschijn. Het boek zat in een prachtig verluchte cover en had lichte waterschade gehad. Het was een duplicaat van het originele met de nodige toelichting en was in beperkte oplage gedrukt. Ze gaf het mij met de mededeling dat het haar goed deed dat dergelijke interesses nog bij de jeugd aanwezig waren. Het boek stond bij haar te ‘verzuren’ in de kast hetgeen zonde was en een betere bestemming dan het boek aan een enthousiasteling geven kon ze niet bedenken.

Vol verbazing en verlegen met de situatie kon ik slechts enkele woorden stamelen als of ze wel wist wat ze deed. Na hierover te zijn gerustgesteld kon ik het boek dankbaar aannemen. Ze koppelde er een uitnodiging aan om eens bij haar een kop koffie te komen drinken. Mijn enigszins onderdrukte jubelstemming uitte zich, weer eenmaal binnen in de winkel, in een oerschreeuw die de muren deed trillen.

Dit geschenk vormde de basis voor een innerlijke ommekeer. Mijn oprechte zoektocht naar de kern van ons bestaan was op een kruispunt aangekomen en ik moest beslissen of ik binnen de structuur van het kerkelijk instituut wilde blijven of dat ik mijn vrije geest de ruimte wilde geven in het vertrouwen op een zekere Leiding die mij uiteindelijk bij de Bron zal doen uitkomen.
Ik koos voor vrijheid al vlieg je niet van de een op de andere dag uit. Het zaad was geplant en de weg tot bloei zal niet zonder storm en ontij gaan.

Gedurende 7 jaar bezocht ik Oud Kraggenburg regelmatig. Maria Pluister was altzangeres zangpedagoge en haar man Simon Pluister was componist. Waar is het sfeervoller praten dan in een oude vuurtoren middenin een leeg polderlandschap, omgeven door tientallen katten en kippen, kasten vol boeken en muziekinstrumenten?! Het toilet was in een steenkoud hok naast het vuurwachtershuis. Romantiek ten voeten uit. Zonder enig kunstlicht was een heldere sterrenhemel als een fonkelende kroonluchter en kon je de poolster haast aanraken. Deze gesprekken leverden me een schat aan geestelijk voedsel op. Ze zijn allemaal terug te voeren op het ‘onderzoekt alles en behoud het goede’. Maria en Simon waren beide geïnspireerd door de antroposofische wereldbeschouwing.

Hoe wonderlijk kan het lopen. Ik had in die tijd vioolles bij Ariane Soldati in Zwolle die haar kinderen op de Vrije School had. Al binnen enkele maanden speelde ik mee in het schoolorkest en raakte vertrouwd met de verschillende jaarfeesten.
Een nieuwe wereld ging letterlijk voor mij open en ik genoot er van.

Bij de geboorte van Evan kregen we van de Pluisters een muziekdoosje waarop hij jarenlang in slaap viel en bij de geboorte van Demian een kleine sculptuur van een slapend kind in foetus houding. Met dit eenvoudige beeldje illustreerde zij hoe wij ons als mens in vertrouwen mogen overgeven aan een liefdevolle macht waarmee wij altijd ten diepste zijn verbonden, in voor en tegenspoed.

Simon Pluister was bezig een Requiem te schrijven, hij was hiermee in 1995 begonnen nadat hij uit het ziekenhuis was ontslagen.
Het stuk was voltooid, maar de uitvoering zou hij niet meer meemaken.
Toen ik in december 1995 aan zijn sterfbed zat om afscheid te nemen vroeg ik hem of hij het niet jammer vond dat hij de uitvoering van zijn Requiem niet kon meemaken : “Ach jongen, helemaal niet, ik heb het in mijn hoofd al in de mooiste uitvoering gehoord”.
In dit antwoord herkende ik de vlechtmotieven van twee werelden die in elkaar waren verstrengeld, zoals ze te vinden zijn in het Book of Kells en op de Keltische kruizen.
De première van het Requiem vond plaats op zaterdag 14 maart 1998 in de Bethelkerk te Urk.
Ik was blij verrast dat ik in het programmaboekje kon lezen dat Simon het hele stuk uit zijn hoofd heeft geschreven zonder de hulp van een instrument. Tijdens een bezoek van een vriend kwam Pluister met tranen in de ogen naar beneden, omdat hij “in zijn hoofd zoveel mooie muziek hoorde maar het niet snel genoeg kon opschrijven”.
Dit verhaal bevestigde nogmaals in andere bewoordingen wat hij mij op zijn sterfbed als antwoord op mijn vraag heeft gegeven.

Maria bleef in het lichthuis wonen totdat ook zij ziek werd en op 13 februari 1998 overleed.
In die laatste weken kreeg ik ook nog gelegenheid om afscheid van haar te nemen. Zij vertelde dat zij die ochtend wakker werd door gezang van buiten. Met dat ik dit schrijf lopen de rillingen weer over mijn rug. Een aantal leerlingen van haar maakten die ochtend in alle vroegte al zingend een ommegang rond haar woning en vervolgden hun gang weg van het huis zodat de stemmen in de verte wegstierven. Het is een verhaal van de schoonheid en de troost, het verhaal van de kracht van de symboliek die twee werelden als in elkaar vervlochten doet opgaan.

Herman Slurink 

Gepubliceerd door Robert Jansema
Aquaservice