1 mei 2024 Gebruikers online: 26
Agenda
Active creations

Op zoek naar oude Groninger kerken (100)

Geplaatst op: 18 maart 2023

Af en toe volgen we Herman Slurink op zijn zwerftochten langs oude middeleeuwse kerken in o.a. Groningen en Friesland. Onlangs bezocht hij de Andreaskerk in Westeremden en schreef hierover zijn 100 ste verslag voor wat betreft de kerken in de provincie Groningen. Deze kerk uit de 13e eeuw staat op een wierde naast het atelier en museum van kunstschilder Henk Helmantel (1945). Zijn mystieke stillevens en verstilde kerkinterieurs zijn alom bekend. Enkele jaren geleden bezocht hij dit museum en enkele foto’s van de schilderijen zijn aan de serie onder het verslag toegevoegd.

Herman: “Alvorens een verslag te publiceren mail ik deze eerst ter beoordeling naar het betreffende sleuteladres en dat bleek in dit geval Henk Helmantel te zijn. Omdat hij er niet van houdt met computer of wat voor digitaals ook maar te werken gaf hij zijn beoordeling liever telefonisch door. Hij was erg verrast en kon zich helemaal vinden in de sfeervolle beschrijvingen en vertelde van soortgelijke ervaringen: “erg mooi hoe je de kerk op deze manier met woorden schildert”. Het mag duidelijk zijn dat ik wel blij was met deze reactie. Voor wie eens een dagtocht niet al te ver van huis wil maken kan ik deze plek ten zeerste aanraden.”

Op zoek naar oude Groninger kerken (100)

De Andreaskerk in Westeremden, dat wat verborgen was wordt zichtbaar

Met het verlaten van de Akerk in Groningen werd ik bijna overlopen door een massa marktbezoekers. Deze overgang was wel erg groot maar ook te verwachten. De lucht is stralend helder blauw en gezien de huidige economische situatie kies je voor de plek waar ‘de gulden nog een daalder waard is’.

Mijn behoefte om in de vrije open ruimte van de volle zon te genieten en alle indrukken van vanmorgen tijdens een frisse wandeling te laten bezinken doet mij besluiten om de stad in noordelijke richting te verlaten.

Als uit het niets borrelt de naam Westeremden naar boven. Ik was er al eens eerder geweest voor een bezoek aan het schitterende sfeervolle museum van Henk Helmantel. Het was op een grijze en regenachtige najaarsdag. De Andreaskerk was toen ook open maar daar scharrelde net een rumoerige groep mensen rond waarop ik verder trok.

Nu zijn de omstandigheden volkomen anders en lijkt het mij de ideale plek voor een frisse wandeling én om de zwerftocht langs oude middeleeuwse kerken voor deze winter in alle rust en stilte af te sluiten. Het dorp telt zo’n 350 inwoners en het museum is tot mei gesloten, rust gegarandeerd. Eén telefoontje is voldoende om te weten dat de kerkdeur open staat tot ver in de middag.

Met dat ik in de verte het uitgesproken authentieke beeld van een middeleeuwse kerk op een wierde voor mij zie opdoemen, parkeer ik de auto ver voor het dorp en wandel verder. Dit heerlijke landschappelijke beeld wil ik zo lang mogelijk op mijn netvlies houden. Je leest wel eens over mensen die een Bijna-Dood-Ervaring (BDE) hebben meegemaakt, dat ze hun leven als in een flits voorbij zagen trekken. Iets van gelijke strekking gebeurt ook bij dit beeld, alsof de geschiedenis van eeuwen zich in dit ene beeld laat vangen en voor even in dit verstilde beeld tot rust komt. Voor even, want de weg gaat voort.

De kerk is een overblijfsel van de romano-gotische kruiskerk die werd gebouwd op de fundamenten van zijn voorganger. De inwijding vond plaats in 1259. De dwarsarmen van ‘het kruis’ werden in de 15e eeuw afgebroken. Begin 19e eeuw moest de toren er ook aan geloven en plaatste men een dakruiter. Toch bleef de karakteristieke middeleeuwse uitstraling behouden.

Ik nader de kerk en de oploop er naar toe doet me denken aan vergelijkbare beelden. Ik vergeet voor  even de knusse landelijke huizen met het atelier en museum van Helmantel en zie een vlak leeg landschap tot aan de horizon met enkel en alleen nog wierden met kerken, net als op de kaart die Stichting Oude Groninger kerken uitgeeft, maar dan in 3D.

Door de tand des tijds aangevreten zakt de ene kerk wat opzij en leunt het schip van een andere tegen de toren die licht voorover buigt zodat deze dreigt te vallen. De zerken rond al deze unieke en vaak scheefgegroeide monumenten staan als menhirs schots en scheef in de aarde, moeizaam wijzend naar omhoog. Enkelen zijn ter aarde gevallen, warm toegedekt met een groene deken van mos.

Met dit aandoenlijke beeld op het netvlies dringt de schoonheid nog dieper binnen en raakt aan het mysterie waaraan de eeuwen door zoveel woorden zijn verspild en waarbij rechtlijnigheid altijd uitmondt in scheefgroei of een uiteindelijke val, daarna neemt de natuur het over en begint men elders weer opnieuw.

Een en ander lijkt als een zekere natuurwet bevestigd te worden, terwijl ik de kerk nader. Het groen rond de wierde alsook het kerkhof zelf is één kleurrijke jubeltuin van sneeuwklokjes en krokussen die zich als herauten van een nieuwe lente tussen de bemoste graven hebben genesteld. Wat is dit toch machtig mooi: wie in en rond deze oude monumenten leert kijken in metaforen vindt zoveel leerstof dat uitnodigt te reflecteren op ons bestaan. Ook deze winterzwerftocht heeft mij wat dat betreft weer zoveel rijkdom geschonken. Alsof die bloemen willen zeggen: “Let op ons”….jaar in jaar uit, bewaar de innerlijke rust en volg het ritme van de tijd.

De deur staat half open en ik vermoed iemand binnen, maar de ijle lucht zweeft zonder trilling, ik ben alleen. De eerste blik wordt naar het donkere koorhek getrokken waarachter een prachtige barokke orgel staat te schitteren in de zon. Als zonnestralen konden spelen zou het nu moeten gebeuren. Het kerkmeubilair oogt als een eenvoudige eenheid. De preekstoel, het koorhek en de herenbank dateren van de 17e eeuw. Het orgel op de westelijke tribune werd in 1874 gebouwd door Petrus van Oeckelen.

De wanden en de gewelven zijn bezaaid met fragmenten van fresco’s uit de 13e en 15e eeuw en begin 16e eeuw. Dat wat verborgen was wordt weer zichtbaar. De puzzelaar moet gedegen kennis bezitten van historie en heiligenlegendes en zal aan de hand van attributen en symbolen een en ander kunnen duiden. Herkenbaar zijn de heiligen Dorothea met een bloemenkrans en Barbara met de toren. En ook Johannes de Doper en Laurentius overleefden de sausdrift na de Reformatie en kwamen weer tevoorschijn.

Ik ga op zoek naar de heilige Andreas, de eerste leerling van Jezus en de patroonheilige van deze kerk,  wellicht dat hij zich nog ergens onder een dikkere kalklaag bevindt of als sculptuur ergens verborgen ligt in de klei rondom.

Ondanks alle wonderen van deze heilige heeft hij niet kunnen voorkomen dat onder deze gewelven in 1398 een brute moord heeft plaatsgevonden. Ik ga op zoek naar sporen maar vind ze niet.

“Nadat de Schieringer Eppo van Nittersum uit Stedum met zijn manschappen de Vetkoper Hayo Wibben uit Westeremden eerst uit de kerk de nabij gelegen pastorieboerderij – de ‘weem’ – in had gejaagd, stak hij deze vervolgens in brand om hem uit te roken. Dat lukte, “alsoo liep Hajo Wibena wederom in de kercke alwaer hij dan voor het hooge altaer is gegreepen ende doodt geslagen”, berichten de oude kronieken. Een en ander was het gevolg van een conflict tussen twee kloosterordes: de cisterciënzers en de norbertijnen. God, wat een ellende en ik kijk nog maar eens weer op naar de gewelven en de cirkel waar de ribben bijeenkomen.

Van de zondeval in het Paradijs rest alleen nog een afbeelding van Adam bij de boom, was het daar maar bij gebleven. Ik vermoed dat Hogere machten dit nu bewust zo willen laten zien, de rest is niet meer van belang, de tijd lijkt rijp om uit te huilen en weer helemaal opnieuw te beginnen.

Het wordt nog mooier wanneer ik zie dat van het grootse tafereel van “Het Laatste Oordeel” alleen de op de bazuin blazende engelen en een knielende Johannes boven de geopende graven nog te zien zijn alsof we de beroerdste tijd hebben gehad en dit beeld voor ogen moeten houden.

Er gebeurt van alles in de gewelven als een wereld in beweging en ook Maria, omgeven met een stralenkrans, ontgaat mij niet. Al  die puzzelstukjes en vage schilderingen geven ruimte er de vrije geest op los te laten.

Ook de natuur werpt haar zwart/witte schilderingen op de wanden, langzaam trekken ze aan het oog voorbij. Zoals een bloem zich langzaamaan ontvouwt zonder zichtbare hulp van buiten af, volg ik gespannen een bijzondere nog ruwe schets, waar gaat dit naar toe. De onzichtbare schilder heeft maar weinig tijd, dan schuift de zon voorbij het venster. En dan….in slechts enkele seconden, zie ik het. Een duif zo wit als sneeuw fladdert heen en laat de schaduw achter zich… kippenvel van top tot teen.

Eenmaal buiten wenken de nog maagdelijk witte sneeuwklokjes tussen de bemoste graven….., als boodschappers van immer voortdurende hoop. Een mooi beeld om dit honderdste verslag van mijn zwerftocht langs oude Groninger kerken voor deze winter mee af te sluiten in de hoop dat er nog vele winters zullen volgen.

Herman Slurink

Zwartsluis – Westeremden, 25-02-2023.

Gepubliceerd door Robert Jansema
Aquaservice