Belangstelling voor uitgebloeide Wieden-planten neemt toe

Krispijn van den Dries (Foto: Erik Driessen)

Natuurmonumenten is druk met de afvoer van maaisel uit De Wieden. Meerdere regionale bedrijven werken daar in deze periode van het jaar aan mee. Steeds meer akkerbouwers uit de streek gebruiken het vrijgekomen materiaal vervolgens voor bodemverbetering van hun grond. “Na de biologische akkerbouwers krijgen ook de reguliere bedrijven interesse”, zegt Roelof Smit van Natuurmonumenten.

De schipper van het  kraanschip van de organisatie verwacht dat zeker 8000 ton aan ruw materiaal uit het gebied wordt gehaald. “De hoeveelheid materiaal neemt de afgelopen jaren toe. Er zijn meer gebieden die worden gehooid dan vroeger. En dus komt er meer materiaal vrij. Dat bestaat in feite uit uitgebloeide planten die op die hooilanden groeiden, zoals zegge, mos en riet”, legt Smit uit. Hij benadrukt dat daar geen onkruid zoals zevenblad of ridderzuring tussen zit. Akkerbouwers zijn daar soms bevreesd voor.

De natuurlijke materialen raken onder die bedrijven wel steeds meer in trek. “En waar we heel blij mee zijn: meer akkerbouwers uit De Wieden of direct in de omgeving kiezen voor het maaisel als bodemverbetering. Dat betekent dat je weinig transportkilometers naar de afnemers hoeft te maken. En dat past goed binnen de circulaire landbouw. Akkerbouwers die de laatste jaren zijn overgestapt op ons materiaal zijn positief over de eerste ervaringen.”

Een van de afnemers van het natuurlijke restproduct uit De Wieden is bioboer Krispijn van den Dries uit Ens. Aan de Zwijnsweg behoort hij tot de derde generatie die in het familiebedrijf werkt. Zijn vader maakte begin jaren 1990 de ommezwaai naar biologisch boeren. Van den Dries verbouwt onder meer bloemkool, witte kool, aardappelen, gekleurde wortels en erwten. Hij schat in dat Natuurmonumenten al zeker vijftien jaar maaisel naar het bedrijf brengt.

Van den Dries loopt, langs de nieuwe opslagruimte die momenteel in aanbouw, is het land op. In de verte is de enorme berg materiaal uit De Wieden snel zichtbaar. “Vierhonderd ton..”, zegt Van den Dries die in totaal in deze periode duizend ton krijgt aangeleverd. “Met elk gewas dat je van het land haalt, verdwijnen organische stoffen uit de grond. Die moet je aanvullen om de balans te herstellen. Daarvoor gebruiken wij het materiaal uit De Wieden”, legt Van den Dries het hoe en waarom uit.

Dat is een bewuste keuze, legt hij uit. “Wij halen alles wat we nodig hebben zoveel mogelijk uit de buurt. Dat geldt ook hiervoor. Minder kilometers betekent minder uitstoot. Bovendien is het voor de grond het beste als het materiaal uit de eigen regio komt.” Het maaisel uit De Wieden is niet direct geschikt voor het land. “Belangrijk is dat het vochtig is. De temperatuur loopt dan uiteindelijk op tot 60, 70 graden. Tijdens dit composteringsproces zetten wij de hoop nog een aantal keer om zodat bacteriën en schimmels alles voorverteren en geschikt maken voor de grond en de plant. Het eindmateriaal is compost en dat brengen we in de wintermaanden aan op de grond als bodemvoeding.”

Van den Dries heeft mede door de aanvoer van materiaal een band met De Wieden. “Het is natuurlijk een prachtige regio in onze achtertuin. Ik kom er graag. Dat gebied geeft ons dus veel…”