24 april 2024 Gebruikers online: 35
Agenda
Active creations

De Sint Barbarakerk in Nijeveen (column Herman Slurink)

Geplaatst op: 27 november 2021

Het bezoek aan de kerk in Kolderveen kreeg een dag later een verrassend vervolg bij de Sint Barbarakerk in het nabijgelegen Nijeveen. Tijdens het schrijven van het verslag ontstond steeds meer een gevoel dat het eerste bezoek niet los te zien is van het tweede net zo min dat Eeuwigheidszondag niet los gezien kan worden van Advent. Vandaar de keuze om ook dit verslag hier aan te bieden als afsluiting van een bijzonder tweeluik en een sfeervolle opmaat naar Advent.

De Sint Barbarakerk in Nijeveen, als een lichtend rustpunt in het oog van de storm

Na het onverwachte bezoek aan de kerk in Kolderveen keerde ik terug naar huis. Voor de komende dag werd wederom volop zon voorspeld zodat ik alsnog kon doen wat ik van plan was.

En zo gebeurde het dat ik de volgende ochtend rond zonsopkomst rechtstreeks naar Ruinerwold reed. Ik passeerde de prachtig gelegen 15e eeuwse St. Bartholomeuskerk die ik al eens eerder heb bezocht. Toch voel je weer de drang om uit te stappen, echter nu reed ik door en genoot van de route tussen Ruinerwold en Ruinen waar oude boederijen tijdloos liggen te sluimeren in de ochtendzon. Kilometers lang passeer je fraaie boerderijen met de voorgevel gericht op het zuid/oosten die in dit jaargetijde a.h.w. oog in oog staan met de opkomende zon. De stenen kleuren op in een zachte warme gloed en het blad van de oude beuken en eiken vlamt nog eens extra op alvorens de herfststormen hun val definitief beslechten. Het is als een gang langs een serie romantische schilderijen van oude meesters. Beelden van keuvelende buren hangend over een tuinhek. Een wasje aan de lijn. Een deur in een 17e eeuwse gevel hangt halfstok in de sponning, het aandoenlijke beeld van een voortstrompelende hoog bejaarde.

De maand november herbergt alle sferen die als metafoor kunnen dienen voor de levensloop van de mens, van aaneengesloten grijze mistige dagen tot aan het meest vrolijke kleurenspel en dat wat er tussenin zit. Na regen komt zonneschijn, niet als cliché,  maar meer verdiept, intenser. De atmosfeer dringt dieper door in de ziel en dat heeft alles te maken met de tekenen van verval waarin de belofte van een nieuwe lente ligt besloten.

Met de gewenste beelden ‘op zak’ besluit ik terug te rijden via Nijeveen. Het is nog geen tien uur en om twaalf uur word ik op het werk verwacht. Ik koester al een tijd de wens om de 15e eeuwse Sint Barbarakerk van binnen te zien en zal daar nog eens een afspraak over maken. Voor nu wil ik een paar prenten schieten van de herfsttinten rond dit idyllische kerkje. Al toerend dringt nog eens goed tot mij door in wat voor schitterende omgeving wij hier mogen leven.

Met dat ik tegenover de kerk parkeer staren een paar groen getinte vensters mij aan. De zon dringt zich behoedzaam door het bladerdek van de enorme beuken die op het kerkhof aan de zuidzijde staan. Zo te zien heeft de verwoestende storm die Kolderveen heeft getroffen hier niet huisgehouden. De bomen presenteren zich in hun volle kleurrijke herfsttooi.

Achter de beuken is een vrouw bezig het blad van de grafzerken te vegen en we maken een praatje. Gekscherend merk ik nog op dat dit onbegonnen werk lijkt nu het blad rijkelijk valt en het beter is te wachten op een najaarsstorm. Ik vraag haar of ze iemand kent die de sleutel van de kerk heeft en ik zie haar gedachten werken. Een frons verschijnt, maar weet ik beter… “Ik ben samen met mijn man koster van deze mooie kerk en ik wil de deur wel voor je open doen, dan kun je in alle rust je gang gaan.” Ik stuiter haast achterover de kruiwagen vol bladeren in. Wederom ontvang ik een geschenk aangestuurd door innerlijke signalen en dat terwijl de kerk geen enkele relatie heeft met Sint Nicolaas.

De opvallende slanke en spitse toren is deels ingebouwd. Het schip telt aan weerszijden vier spitsboogvensters en het koor heeft er twee aan beide zijden. Groene ogen glinsteren mij nu een welkom toe, dat ik dat bij die eerste blik nog niet in de gaten had.

Ik stap over de drempel en val in de armen van Sint Barbara en koester mij aan haar…., nou ja laat maar. De verbeelding slaat van blijdschap op hol. Ik kijk in een geordende ruimte waar smaakvolle natuurlijke tinten a.h.w. aangeademd worden met een uiterst lichte transparant mildgoene sluier. Dit harmonieuze interieur wordt overkoepeld door een tongewelf die op mij de uitwerking heeft van de zon. Hier wordt Licht gewekt als een voortdurend Advent.

Eerst maar eens even zitten en genieten van de weldadige stilte zodat ook mijn gemoed tot rust komt. Ik zoek op mijn mobiel wie Barbara was en …. Het zal toch niet? Net als gisteren in Kolderveen komen ook hier weer beelden samen. Haar leven is omgeven met legendes, je kunt er alles over lezen, maar wat mij treft is dat zij o.a. wordt aangeroepen bij storm en onweer!  Had zij er de hand in dat de orkaan Nijeveen niet bezocht maar rakelings passeerde?

Protestanten hebben niet zoveel op met ‘heiligen’, ze zijn meer van de letter en mystiek wordt al gauw naar het rijk der fabelen verwezen. Na de reformatie wist men niet hoe snel men zich hiervan moest ontdoen. Fraaie historische fresco’s werden middels een dikke kalklaag aan het oog onttrokken en daarmee ook de diepste innerlijke roerselen van de kunstenaar die ze met zorg had aangebracht. Ik denk er het mijne van.

Terwijl de zon ongestoord haar weg door het heelal gaat verschuiven de schaduwen en verschijnen vage fresco’s op de blanco wanden als geschilderd door een onzichtbare hand. Telkens wanneer je er een gedaante in meent te ontdekken vervaagt deze weer, het lijkt wel liefde en geluk, telkens wanneer je het denkt te bezitten verzwakt het weer.

In het centrum van de ribben van het tongewelf zie ik de afbeelding van een zegenende hand, een fontein en een toren. Er is een moment dat kleur en schaduw zo betoveren dat de ruimte tot leven komt, een soort festival van kleine afzonderlijke taferelen.

De kerk bezit een avondmaalstafel met twee tinnen bekers uit 1631. In het koor staat een offertafel uit de 15e eeuw. De preekstoel stamt uit 1744.

Ik zoek een weg door diverse lichtbanen heen en bestijg de trap naar de orgelgalerij. Het instrument is gebouwd in 1846. Het uitzicht van de organist is geweldig al kost hem dat een stijve nek. Ik zou het tongewelf willen omkeren tot een schip en er de oceaan mee willen trotseren, geen storm zal mij deren.. immers….. Het lijkt me heerlijk dobberen, geborgen in deze kleuren.

Het zicht wordt nog mooier wanneer ik op het orgelbankje ga staan en over de steunbalken het universum inkijk. Zij is af, de schepping lijkt voltooid….maar ook dat beeld vervaagt met iedere tree dat ik weer afdaal, net als……

Heerlijk om zo op te gaan in ‘realistische’ dromen. Het zijn deze korte geluksmomenten die worden opgeslagen in de ziel, waarop je kunt terugvallen in tijden van crisis.

De zon klimt naar haar middagstand en werpt het volle licht door de spitsboogvensters. De sferen van “Eeuwigheidszondag” vervagen meer en meer en lijken met de schimmen en schaduwen op te gaan in het Licht van de volle Zon die de Adventskaars doet verbleken.

De kaars van Advent symboliseert de komst van het Licht. Al waarnemend en verbeeldend ontkom ik niet aan het gevoel dat we misschien wel wachten op een belofte die er al is!

Met moeite ontworstel ik mij aan de boezem van Sint Barbara, maar haar warmte draag ik diep van binnen mee als een lichtende kaars die mij bijlicht om middels woord en beeld een vonk van het mysterie van Advent zichtbaar te maken.

Herman Slurink

 

 

Gepubliceerd door Robert Jansema
Aquaservice